Ontvouwing

Winterzon, 2013, schets

2013_winterzon_schets_k

Lege dag

Er zijn van die winterse dagen dat je niet weet dat je leeft. Zelfs
de natuur is bewegingsloos, lijkt stil te staan. Je geest is bevroren
en volmaakt gesloten, geen enkele vinger wil nog iets.
Op dat moment is het mooi te bedenken dat de poëzie lippen van
bloed heeft die van mijn mond naar jouw mond leven. Zij spreken
van wat niet spreken mag. Het liefst in schuin gezette letters.
In de winter weet je het weer zeker: de minnaar blijft bij zijn meis-
je, hij houdt haar warm. Zelfs in de ijle leegte. Bukkend van geluk
omhelst hij het verse vers en prijst de pijn die hij daarbij voelt.
Vol spitse woorden kan een mens veelzijdig zingen. Ook als sneeuw
wil spelbreken door de sneeuw weg te sneeuwen. Verduisterd be-
waakt het verse wit een zeldzame lente en glimlacht alvast.
Hebzucht hoort niet bij winter, wel lege spiegels in lege ruimten.
In het licht van het menselijke niets is alles schotvrij stil. Pas veel-
zijdig later komt in alle helderheid de wellust schateren. Onze ogen
zullen dan gaan uitpuilen. Onze huid zal worden bevrucht met de
koude rillingen van de voorbije winter.
Op dat moment is goed mogelijk dat het brein een boek ontvouwt.

Dit was zomaar een idee op een lege winterdag.
Je hoeft er niets mee te doen.

Tevredenheid

Raveel aan de hemelpoort, 2013, schets

2013_R.hemelpoort_schets_k

Tevreden man

Zelden heb ik zo’n tevreden man gezien als Roger Raveel, al zal
hij dat woord zelf nooit in zijn zachte mond hebben genomen.
Hij wilde graag 107 jaar worden, een mythisch getal om de echte
ouderdom te verbergen.
Ik schrok van zijn overlijden, hij was nog maar 91 en pas hertrouwd.
Vorig jaar had zijn nieuwe vrouw nog een mooi kanariegeel pak aan-
getrokken, kwam zo uit één van zijn schilderijen wandelen. Pas toen
Roger zei dat het rode ingenaaide vierkant bloed en vuur was werd
ze bleek. Ze zag ineens het einde der tijden.
Wat is nu het bijzondere aan het werk van deze kunstenaar?
Ik denk de niet aflatende simpelheid, eerlijkheid. Geen moeilijk gedoe
of ver van mijn bed show. Werklust. Het is wat het is.

Eén van zijn leraren, de kunstenaar Hubert Malfait, was razend en-
thousiast over Raveels eerste tekeningen. Die stelden de wereld voor
in een essentiële verschijningsvorm. Ze waren een soort van gesche-
matiseerde weergave van de werkelijkheid, waarbij alle overbodige
details achterwege werden gelaten.
En zo hoort het!
Ik zag zijn werk voor het eerst in de zestiger jaren en was meteen
verkocht. Het sprak me meer dan gewoon aan, zonder in de war te
raken.
Vanaf 1962 probeerde hij meer werkelijkheid in zijn kunst te betrek-
ken. Soms zelfs op vrij letterlijke wijze, door bijvoorbeeld spiegels of
andere dagelijkse objecten op het canvas te monteren. Daarmee gaf
hij ook mee de aanzet voor de kunststroming die ‘de Nieuwe Visie’
genoemd werd.
Nieuwe Visie of Nieuwe Figuratie is een term die ik ook nog steeds
gebruik als ik mijn werk moet omschrijven. Soms twijfel ik of het
woordje nieuwe niet ouderwets is en moet worden vervangen door
andere. Dat zou tijdlozer zijn. Alhoewel, tijdloos wat is dat?

Overigens verdiende Raveel niet enkel als schilder zijn sporen, maar
ook als graficus. Hij maakte ook, net als Picasso, talrijke keramieken.
Naar mijn smaak is zijn hand het mooist bij zijn tekeningen.
De hand is een verlengstuk van het hart. Een hand heeft geen hersens.
Er ligt een bijna ondraaglijke spanning in zijn werk, het drukt de com-
plexiteit van het leven uit. Daardoor of daarom spreekt iedereen met
veel bewondering, respect, over hem.
Het geeft mij ergens ook troost.
Hij leeft voort in zijn kunstwerken en dat is meer dan genoeg voor
een bescheiden kunstenaar.

Vreemd

Wonderbaarlijk niets, 2013, schets

2013_wonderbaarlijk niets_schets_k

De mens hoopt

Nu kruipt, nu komt, nu gaat en keert de mens, kunnen dieren
denken. Nu springt het donker in het bos, nu keert het licht weer
terug. Nu moet ik oppassen.
Alleen dieren denken in volkomen nu. Dat telt alleen. Heel mooi.
Heel anders doen dichters, die leven voornamelijk in de schaduw
van iets. Zij lopen altijd achter en denken voor te zijn is mijn er-
varing. Zij leven in herinnering, zelfs onmogelijke, toekomstige.
Zij dansen als een verschrikte kikker in het weerlicht van de blik-
sem, zonder ooit getroffen te zijn.
Kijk, als het aan de  gesmokkelde sterren lag, was de wereld heel
anders. Dan liepen alle dieren rechtop om de mensen in hun
poten te wiegen, dan was er geen honger. Bittere beten werden
niet meer uitgedeeld. Ook planten konden niet meer netelen.
Alles zou lust zijn zonder het te weten of te benoemen. Het zoe-
te zweet zou niet meer stinken. Bomen zouden niet meer bomen
heten maar werden bruggen voor vogels.
Maar ja, de bazige mens doet anders met zijn ogen vol achterdocht
en drukt met volle kracht zijn voeten in de aarde, die zijn aarde is.
De beesten knielen onder zijn boze bed tot bloedens toe.
Alleen de droom biedt uitkomst en bolt het hemd en de rok.
Vreemd om lid te zijn van zo’n kudde.
Heel vreemd.

Dennis H.

Projectie, 2013, bewerkte foto

1998_projectie_bed.adem_bf

De ruimte

Het verschrikkelijke was dat helemaal niemand kwam. Hoe zondig
kan een ruimte zijn? Misschien had de geschiedenis de zaal ooit al
uitgewoond en lag er een vieze vloek op de vloer.
Is dit wel vermeldenswaard?
Ik vind van wel. Ik ben een liefhebber, op mijn manier, van verni-
sages met een speciaal karakter. Kleine bombarie is altijd leuk!
Hier had de kunstenaar de bedorven adem van Dennis Hopper wil-
len tonen.
Het leek hem een leuk idee, hij had er nog veel werk aan gehad.
En nu was er niemand, men deed kennelijk aan de sneuste sport.
Jammer dan, zijn tastbaar geheugen was hierdoor niet versneden.
Hij hield zijn gloeiend goud goed in het oog. Als men zijn vruchten
niet lustte dan at hij alles zelf wel op. Het ging tenslotte om de groei.
De galeriehouder wou nog wat mensen gaan bellen, maar dat had
hij gelijk afgewimpeld. Deze historische maaltijd hoefde geen groot
onthaal of aalmoes.
Kortom, hij brak de tentoonstelling terstond af, het wachtwoord
was gebroken. De kieskauwende kijkers bleven maar mooi in hun
eigen hersenschim. De eigenaar van de ruimte keek treurig, zag de
dollars wegvloeien, de hapjes en drankjes werden snel opgeruimd.
Later:
Weer thuis voelde hij zich moe maar voldaan. Zijn vruchtgebruik
lag her en der, schoon en altijd eetbaar. Hij liet zijn gedachten de
vrije loop en kwam tot de conclusie dat hij voortaan over zijn eigen
adem zou spreken. Zijn gammele en geestige materie zou iedereen
opnieuw verbazen, men zou er zeker snedig van gaan stotteren.
Na een kleine vrolijke huppel, er was alle ruimte, schonk hij nog
eens in.

pompompom

Stukje oeuvre, 2013, bewerkte foto

2013_2005_stukje oeuvre_bf

Rollende werkelijkheid

Zie, zij hebben een karretje op wielen gekneed. Het werk mag zich
voortaan voortrollen tussen de duizend knappe tongen en dito lui-
sterende oren. De papillen zullen geen honger meer hebben.
Vrienden en vriendinnen, nu is het feest! De levende lucht viert
vrijheid en laat het verleden rustig uitlekken. Dit karretje rijdt van
pompompom en is niet om te lachen. Het is een eerlijk karretje, de
tijd rolt rustig mee.
Meer woorden, meer armen, ik zal je verwarmen – schijnt het werk
te zeggen wordt gefluisterd. Kijk, zij is de nicht van Vincent, roept
een kind die de aardappeleters kent. Zij huilt, zegt een dichter, er
is een schitterende wimperring rond de ogen…
Zo praat en gaat men.
Het was en is een mooie tentoonstelling, dat is zeker.
En van ver af kun je het nog beter zien.

Over kunst

Het vertrek, 2013, bewerkte foto

Unemployed Man

Wie is wie?

Een weg loopt niet. Jij loopt de weg.
Niemand ziet mij, behalve een hond misschien.
Dan komt de wegloper thuis en krijgt zijn vragen.
Ben je trots op je werken?
Je zegt dat je alleen een beetje verbaasd bent, dat je het allemaal
hebt mogen realiseren. Maar jij was het wel die dat deed zonder er
mee bezig te zijn. Het is een lange weg, die nu ook kort lijkt te zijn.
Zijn kunstenaars onderling vrienden?
Kunstenaars zijn daar niet mee bezig, zij maken kunst.
Vrienden zijn grote schilders, maar voelen ouderwets aan. (lacht)
Ze weten ook dat ik er zo over denk en ik vind het ook leuk hen
te choqueren. Ze willen voor hun inspiratie niet meer putten bij
mensen die beïnvloed zijn door onze cultuur, want dat geeft oorlog.
Liever komen ze van kinderen en geesteszieken lenen, omdat die
nog zuiver zijn en niet beïnvloed door onze cultuur.
Dat heet inspiratie. Heel fris en vernieuwend in de kunst.
Therapie?
In zekere zin, het is maar net hoe je het bekijkt of wil bekijken.
Eigenlijk zou ik onder ieder werk moeten zetten: ik heb dit voor
u mogelijk gemaakt. Dan zou het pas af zijn.
Uiteindelijk heb je dan alles bereikt en dan?
Ach, oh, dat is niet altijd zo. Je begint met iets en het schilderij
zegt je om dat anders te doen. Je doet een actie en dan word je
verplicht dat erbij te voegen en dat erbij te doen en zo gaat dat
verder. Dat is de praktische taal. En als zo’n werk lukt, dan zeg je:
“Heel goed gedaan!” (lacht).
Ben je een gelukkige man?
Ja, ik ben gelukkig dat ik dat allemaal heb kunnen realiseren.
Maar ik ben ook wel een verbaasd man dat ik dat allemaal héb
gerealiseerd. Als ik verbaasd blijf dan is het goed. Ik geloof in
een sterke geest.
Is er muziek als je werkt?
Altijd!
Laten we daarom in stilte eindigen.