Verlichting

Sitting, 2016-2012, computertekening

2016-2012_sitting_ct

Hoe een donkere kamer licht werd

In de donkere kamer van het Morgenland leek het net alsof je met
je lippen de lucht kon vernielen als je lachte. Dat had ik nog nooit
van je gezien. Het ontroerde me echt.
Ook dat je daarna met je glanzende lichaam alles weer dansend
opbouwde. Het maakte het huis als een tastbare gelijkenis met
kathedrale orgels. Iedere stoel bezat fluitende pijpen. Alles piepte
en borrelde uit de vette vloer. De melodie ging veel verder dan een
gore, grote wind.
Jij stofte mijn huis af zoals het regelmatig moet, zoals het ook hier
en daar moet blijven tochten voor de fraaie fraaiigheid.
Je nam achteloos mijn benauwende dwanggedachten mee, die ik
eigenlijk al had moeten opruimen voor je kwam. Ik hoefde je niet
eens te smeken. Je deed het uit jezelf.
En nu lijkt het erop dat de boze Beethovenblik van mijn gezicht af
is. Hoe kreeg je dat toch voor elkaar?

Hoe dan ook, ik ben je dankbaar dat ik nu niet langdurig naar een
sanatorium hoef en dat mijn lijf niet meer in de achteruitstand staat.
Een klein hart heeft veel vrees en hoort in een klein lijf.
Jij wist dat mijn hart van een onmetelijke stad houdt en niet bang is
voor het bibberend gepeupel.
Jij maakte mij weer geschikt voor de wereld.
Als een architect zonder vrees laat ik nu de dromer hardop mee
denken in een begrijpbare logica. Heimelijke wensen bestaan niet
meer. Alles is toelaatbaar in de bundels van ons nieuw licht.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *