De vruchtvader, 1997, detail, acryl
Dichte vader
Spreken en zwijgen vinden niet zomaar plaats.
Ze spiegelen meer dan ons lief is. Het is een spelletje van meedoen
en niet-mee-doen.
Het op je eentje alles doen lijkt meer op doen alsof. Ergens.
Doe je het voor je zelf of tegen jezelf. Vaak is beide het geval.
Zijn vruchtvader was een dichte vader. Heel dom en heel gesloten.
De zoon rende in grote fantasie overal achter aan. Hij hield nogal
van zelfverzonnen plannetjes. Soms liet hij de mensen er zelfs voor
betalen! Terecht, want het was groot amusement.
Deze zoon was bepaald geen verdoezelzoon. Het lukte hem maar
niet zijn gedachten binnen te houden. Bovendien wou hij het ene en
het andere ook nog eens tegelijk en dat was een flinke hap.
Uiteindelijk vergat de binnenvader zijn zoon en dat was goed zo:
het verstand zou anders veel te veel op hol gaan slaan en dus helaas
vroegtijdig gaan wegslijten. Dunne hersens kunnen weinig! Die bakken
er niks van. Je bent ineens volkomen nutteloos.
Toch gloeide de zoon af en toe rood uit, uit groot medelijden.
De rest van de tijd smeerde hij zich in met lichte walging.