Boeket

Geduld, 2006, monoprint

2006_geduld (monoprint_k)

Valman

De schemer kwam in de kamer en verkleurde alles. Alle kleuren
vergrijsden, bloeiden uit. Het blauw bleef het langst blauw. Tafels
en stoelen raakten los van de ruimte. Hij werd er gelukkig van.
Buiten rukte het zwart op, zwartte alle bomen, vogels verdwaalden
of sliepen al.
De deur was op slot, gordijnen dicht, de dagelijkse vrede heerste
huis aan huis. Na de schemering verdwijnen alle dingen.
Hij zei van zichzelf dat hij geen moeite had met eigenliefde. Hou
me vast was dus altijd dichtbij. Het hele jaar stierf door het jaar zelf,
werd een vergeelde krant. Onze armen kunnen het niet tegenhouden.
Niets van wat hier blijft is ooit gekomen, hij had het niet mogen zien.
Er zat niets anders op dan zelf te verdwijnen door achteruit te lopen.
Het hielp niet, hij struikelde. Als zij hem niet had opgevangen was
hij hard gevallen.
Zij likte zijn nek. Trok zijn hemd uit de broek. Streelde zijn buik.
Samen werden ze een geurig boeket.
Met wat geduld en liefde kom je de eenzaamheid niet tegen.

Sleutel

Aantrekkingskracht, 2013, boek 11, pagina 46

2013_b111_p46_aantrekkingskracht_k

Dichtbij is ver weg

als woorden uit het hoofd verdwijnen
wordt er niets meer gezegd
begeerte is een brandstichter
oneindig dichtbij is nabij de grens geweest
gesloten ogen missen niets
zonder gek te worden zijn we dom
alles wat aantrekt is kracht

als alle parallelle werelden samengaan
wordt er flink gedacht
zonder verveling of afstomping
verlicht de machine zich
het doodlopend spoor bleek onervaren
uitgekeken intelligentie
is niet buitenaards

dichtbij is behalve ver weg
meestal gewoon dichtbij

Kunst

Blue Frame, 1998, schets

1998_Blue Frame_k

Over mooi

Het mooiste ogenblik is grenzeloos, als een constant openbarstende
bloem.
Vaak lukt het haar dit geluks-punt te vinden en op te rekken tot het
volslagen tijdloze.  Ze weet natuurlijk wel dat het bij uitstek juist
tijdelijk is en dat er ook onbereikbare dagen zijn.
Op onbereikbare dagen wordt het ogenblik snel nagekeken door het
rood van de wangen. Het bloost zich zo een schaamtevolle weg. Het
lichaam laat zich van zijn meest lullige kant zien en speelt eigen
rechter.
Het mooie is dan dat de natuur een biggeltraan laat vallen in de tuin,
waarop vooral de merels actief reageren. Ze zingen zich de longen
uit hun bek. Vogels hebben ook hun mooie momenten. Vaak ’s ochtends.
Op dit mooiste ogenblik ziet ze even niets zolang ze wegdenkt.
Ze weet niet of het een vorm van ijdelheid of echtheid is. In elk geval
speelt ze haar eigen hoofdrol. Ze herkent alles driedubbel en helder.
De langgerekte momenten spiegelen het verleden genadeloos terug.
Ze weet niet of het kunst of echt is. Zeker tijdelijk mooi.
Dan zal het wel kunst zijn.

Mini mono

Bespiegeling, 2013, computertekening

MINOLTA DIGITAL CAMERA

Tekenen van grijs gedraaid geluk

Tekenen beschouw ik als het meest hartstochtelijk werk wat bestaat.
Werken aan een tekening of schilderij, hoe groot of klein ook, brengt
mij in een staat van groot geluk. Dan ben ik helemaal totaal één met
mijzelf.
Bij schilderen is het meer een logisch verlengstuk; ook mooi.
Werken aan een tekening grenst aan een waanzinnige euforie.
Alle vermoeidheid of somberste somberden lossen als sneeuw voor
de zon op. Er zijn ineens geen tegengangers meer. Je bent totaal
koning in je mini-mono-rijk.
Tekenen is een staat bereiken waarin alles monistisch wordt, alles
vloeit voort uit een verschijnsel, in dit geval mijn complexe geest.
Het is een heerlijk gevoel, een besef van grote eenheid, rust.
Als tekenaar ben je je eigen God of grote goedheid.

Waarom is de geest van de tekenaar zo complex zul je je misschien
afvragen? Dat komt omdat hij mens is, dieren doen niet zo.
Als ik teken denk ik niet aan de beschouwer, die is op dat moment
een imaginair persoon, ik denk ook niet aan mezelf, want op dat
moment ben ik misschien ook wel een imaginair persoon. Ik doe
en dat is voldoende. Dat is het mooie van het gevoel van trance of
extase.
Tijdens het tekenen schep je een ander ego. Je bent een bewuste
geest geworden, een kern waaruit alles voortvloeit.
Wat precies die kern is en waar die ligt hoef je niet te weten, dat is
iets voor zoekende kunstvorsers (vermomde psychoanalytici).
Mijn eigen web bestaat uit mijn geheugen en bewustzijn.
Ergens blijft nu het woordje mededogen hangen. Ik weet niet precies
waarom.
Men zal het mij vast binnenkort gaan vertellen, vermoed ik.

Etter

Inner, 2015, bewerkte foto

2015_inner_bf

Het gesprek

Om de zoveel  tijd, laten we zeggen twee, drie keer per maand,
krijgt een jongeman bepaalde telefoontjes. Mogelijk zijn ze niet
voor hem bestemd, het zijn vreemde gesprekken. Hij wordt er
soms opgewonden, soms neerslachtig van. Meestal raakt hij van slag.
De verschillende stemmen aan de andere kant van de lijn dringen
zijn stil leven binnen met voorstellingen waar hij geen enkel affiniteit
mee heeft.
Vaak wordt hij verzocht een moord te plegen op die en die, die daar
en daar woont. Dat geeft een ongemakkelijk gevoel.
Ook bieden mollige dames zich aan. Ze zijn niet meer dan een warm
lijk. Hij hoort alles gespannen en vol afschuw aan en zou er zeker
gegarandeerd syfilis van krijgen als hij er op in zou gaan (als straf
van zijn fysieke medeplichtigheid). Niet doen dus.

Vreemd verhaal zal je zeggen, maar die provocaties gingen gewoon
door. Soms moest hij naar een plein gaan om daar iemand te treffen.
Die kwam nooit opdraven natuurlijk, maar hij kon de telefonische
dictaatjes niet de baas.
Nee zeggen was geen enkele optie, nooit geleerd.
Zo werd hij vanzelf een dolende grijsaard, die in eigen hallucinatie
geloofde.
Zijn herinneringen raakten ervan in de war.
De stem aan de andere kant van de lijn bleef etterig voorzingen.

Jazz

Lege kop, 2015, computertekening

2015_lege kop_ct

Verschijning

Wij hebben een verse verfverschijning. Zij ligt ergens in de wereld,
in een groene zee.
Het vreemde is dat die verfverschijning rond middernacht duidelijker
wordt, ze kan zelfs doorschijnend worden, die verschijning. Dan pas
zie je ook dat ergens in het midden een kop verscholen zit. Daaronder
vermoed je een groot gestalte.
Iedereen kan het waarnemen, je hoeft niet eerst uit je graf op te staan.
Ik moet trouwens bekennen dat ik met haar omga. Ik behang haar,
want het is duidelijk een haar, met attributen en overlaad haar met
troetelwoordjes. Ze lust er wel pap van, ze gaat wild schuimen van
plezier.
Als ik de verschijning roep komt ze nooit direct, zij krult over de bodem
van de zee en dat gaat niet snel. Daarna doet ze eerst alsof ze me niet
kent, maar daar trap ik niet in, ik ken haar onderliggende honger, laat
haar ogen snel schitteren. De zee wil dan nog wel eens gaan fosfor
oplichten. Dat zijn de mooiste momenten, ik zie het als een groot com-
pliment: ik wordt gehoord.
Laatst hoorde ik haar duidelijk zeggen: P.S. I love you…..
Ze houdt kennelijk van jazz.
Ik ook.